Als vitaliteitsadviesbureau voor grote organisaties hebben wij slechts één doel: het realiseren van gedragsverandering om mensen gezonder, energieker en gelukkiger te maken. Als we met onze klanten in gesprek gaan over de stappen voor een succesvol vitaliteitsbeleid dan is iedere stap bedoeld om uiteindelijk zoveel mogelijk impact te genereren op de werkvloer.
‘Een strategisch vitaliteitsbeleid in 5 stappen’
Vitaliteit staat hoog op de agenda. Maar hoe ontwikkel je een strategisch vitaliteitsbeleid? Je leest het in deze praktische handleiding voor HR-professionals.
In de vertaling van plan naar realisatie komen we regelmatig obstakels tegen. Het meest voorkomende obstakel blijkt tijd. Het bepalen van een strategie, het opstellen van een plan, het communiceren naar de medewerkers, het zijn vaak werkzaamheden die extra bij HR komen te liggen. Het monster dat de ‘waan van de dag heet’ maakt dat onze contactpersonen bij bedrijven slechts mondjesmaat kunnen focussen op projecten die op lange termijn de gezondheid van onze medewerkers kunnen verbeteren. Daarom pleit mijn collega Sander in stap 4 van zijn artikel ‘11 stappen voor een succesvol vitaliteitsbeleid‘ voor een CVO (Chief Vitality Officer).
Maak het klein, begin vandaag
Om die reden streven wij vaak naar een ‘agile’ implementatie van onze projecten. Uiteraard ook geheel afhankelijk van de wensen van onze klant. Maar in het geval van ‘agile’ betekent het dat we uitgaan van een ontwikkel in plaats van een ontwerpgerichte benadering. Het verschil zit hem vooral in het feit dat er niet maanden voorbij gaan voordat de eerste stap gezet kan worden zoals in een ontwerpbenadering gebeurt. Er wordt dan lang en breed nagedacht over het hoe, wat en waarom van een project. In een ontwikkelgerichte benadering bepalen we wat er morgen anders kan en wat daar vandaag voor moet gebeuren. Zo worden middels kleine stappen acties genomen.
Zo is in veel gevallen het managen van een gezondheidsverbetering vooral een kwestie van faciliteren. Als vitaliteitsmanager creëer je de mogelijkheid voor medewerkers om ergens aan te kunnen participeren. Op basis van het gecreëerde enthousiasme zullen steeds meer medewerkers willen aansluiten. Op deze manier spreidt het vitaliteitsbeleid zich als een olievlek uit over de organisatie. Er zijn vele voorbeelden te noemen van initiatieven die aantonen dat gezamenlijk bewegen mensen stimuleert en motiveert. Lees ook het artikel van mijn collega Daan ‘Collectief bewegen beweegt jouw medewerkers’.
Vitaliteitsmanagement in kleine stappen
Bij veel van onze klanten is sprake van een hoge werkdruk en werkstress. Er wordt daarom regelmatig gevraagd naar oplossingen waardoor medewerkers handvatten krijgen om hier beter mee om te kunnen gaan. Een eenvoudige oplossing die voor alle medewerkers toegevoegde waarde heeft is het organiseren van vitaliteitsworkshop op het gebied van energiemanagement. Deze sessie neemt slechts een uur in beslag, is voor 100+ mensen toegankelijk en kan eenvoudig tijdens de lunchpauze worden georganiseerd.
De uitkomst van deze sessie is dat medewerkers dus meer inzicht hebben in de persoonlijke energiebalans. Daarnaast leren medewerkers middels gewoontes en gezondheidsrituelen hun energie de hele dag op peil kunnen houden. In het geval dat medewerkers nog een stap verder willen, kan er als opvolging een energiemanagement workshop worden georganiseerd. Deze is geschikt voor een kleinere groep van ongeveer 15 mensen die echt de diepte in willen. Wanneer medewerkers vervolgens echt de behoefte hebben om op hun leefstijl gecoacht te worden dan is het na de workshop mogelijk om een 1 op 1 coachingstraject te starten.
Het voordeel van een dergelijke aanpak is dat er geen energie verloren gaat aan het organiseren, trekken en in beweging brengen van mensen die niet willen. Medewerkers willen wel veranderen, maar niet veranderd worden. Mensen worden hiermee gefaciliteerd en niet gedwongen. Daarnaast wordt het traject opgebouwd op basis van successen. Pas wanneer er geconcludeerd wordt dat er ergens behoefte aan is, wordt deze behoefte verder vervuld. Het idee dat je iets doet wat er daadwerkelijk toe doet is daarmee wellicht het belangrijkste voordeel van het traject.